next up previous
Next: Vijfde oefening: probleem oplossen Up: Oefeningen in beeldwaarneming Previous: Derde oefening: geleide fantasie

Vierde oefening: aurawaarneming

De vierde zitting had tot doel bij de deelnemers zoiets als aurawaarneming plaats te laten vinden. Ik heb daarbij gebruik gemaakt van een techniek of enscenering die gebruikt wordt door Rens Hendriks (persoonlijke communicatie). Hierbij worden de deelnemers eerst in een toestand van relaxatie gebracht, daarna stellen zij zich paarsgewijs tegenover elkaar op. De eigelijke oefening bestaat hieruit, dat elke deelnemer met gesloten ogen met zijn handen langs het lichaam van de ander gaat. Daarbij houdt hij zijn handen op ongeveer een decimeter afstand van het lichaam, en beweegt hij ze gelijktijdig van de kruin naar ongeveer kniehoogte heen en weer. Dit wordt enige malen gedaan en vervolgens doet de partner hetzelfde.

Voor de eigenlijke relaxatieoefening werd aan de studenten medegedeeld dat er een 'oefening' in aurawaarneming gedaan zou worden. Over de vraag wat aurawaarneming nu eigenlijk is werd heel weinig medegedeeld. Alleen werd er gezegd dat paranormaal begaafde mensen in staat zijn een bepaald soort straling of uitstraling van het lichaam waar te nemen. Deze uitstraling wordt dan een 'aura' genoemd. Meer werd over aura's niet gezegd om te voorkomen dat de studenten allerhande denkbeelden zouden krijgen die zich later tijdens de oefening in beeld uit zouden drukken en daarmee niets met aurawaarneming van doen zouden hebben, maar meer met de uitbeelding van een vooraf gekregen suggestie. Vooraf werd de studenten precies gezegd wat de bedoeling was. De eigenlijke oefening was als volgt. Eerst gingen de studenten voor ongeveer 10 minuten in relaxatie. Daarna werd hun verzocht op te staan en zich tegenover hun partner op te stellen met gesloten ogen. Wie bij wie hoorde was voor de relaxatieoefing bepaald. Terwijl iedereen zo tegenover elkaar stond, werd eerst de instruktie gegeven dat de ene partner de bovenomschreven handbewegingen zou maken ten aanzien van de andere partner. Dit werd gedurende 1 a 2 minuten gedaan. Vervolgens werd de andere partner de gelegenheid gegeven hetzelfde te doen bij de een. Na deze geleide oefening werd alle paren de gelegenheid gegeven de oefening in eigen tempo voort te zetten. Wanneer een partner wilde verwisselen van rol, dan gaf hij dat aan door met zijn hand op de schouder van de ander te tikken. Na enige minuten werd iedereen gezegd weer rustig in relaxatie te gaan liggen. Deze tweede ontspanningsperiode duurde ongeveer vijf minuten, waarna het relaxatiegedeelte van de oefening voorbij was. Iedereen ging weer zitten, en datgene wat men ervaren had werd in de groep verteld.

Hoe weet je nu dat er sprake van genuine aurawaarneming is, wanneer personen bepaalde beelden beschrijven als aura's? Een belangrijk kriterium is dat men antwoorden geeft die je niet verwacht van iemand, die een zeg alledaags idee heeft over wat aurawaarneming is. Men stelt zich daarbij voor dat de auar een soort straling is, een strlaing die uit het lichaam komt, zoals men ook wel waar kan nemen op schilderijen waarop heiligen zijn afgebeeld; dikwijls is rondom het hoofd van de heiligen een stralenkrans afgebeeld. In feite worden aura's echter heel anders beschreven en doen zich op niet voor de hand liggende manieren voor zowel m.b.t. lokalisatie, kleur als beweging.


next up previous
Next: Vijfde oefening: probleem oplossen Up: Oefeningen in beeldwaarneming Previous: Derde oefening: geleide fantasie

AHGS VAN DER VEN
Tue Mar 18 13:24:24 MET 1997